Vingt mille lieues sous les mers

In 1866 zijn de oceanen in de ban van een angstaanjagend zeemonster dat door verschillende schepen is gemeld. Dit roept de noodzaak op voor een expeditie aan boord van het Amerikaanse fregat Abraham Lincoln. Onder de bemanning bevinden zich de kapitein Faragutt, de Canadese harpoenier Ned Land, de beroemde Franse natuuronderzoeker Aronnax van het Museum van Parijs, en zijn trouwe dienaar Conseil. Het doel van hun missie is om de zeeën te bevrijden van deze afschuwelijke bedreiging.

Na maanden van vruchteloos speuren raakt de bemanning ontmoedigd, tot het moment waarop Ned Land op 5 november 1867 het monster daadwerkelijk ontdekt: een gigantische narwal. Het indrukwekkende dier beweegt zich met een snelheid die het fregat het moeilijk maakt om het bij te houden. Wanneer de Lincoln eindelijk in de buurt komt om het dier te harpoeneren, botst het met een enorme kracht tegen het schip, waardoor Aronnax, Conseil en Ned in de zee worden geworpen. Ze weten te ontsnappen op de rug van het 'monster', dat hen uiteindelijk naar het onderzeese schip de Nautilus brengt.

Aangekomen aan boord van de Nautilus ontmoeten ze het mysterieuze team en hun nog meer mysterieuze kapitein, Nemo. Deze excentrieke begeleider, die de plannen van de Nautilus heeft ontworpen, heeft een diepgaand afschuw voor de mensheid en weigert hen in eerste instantie vrij te laten. De drie schipbreukelingen verblijven bijna acht maanden aan boord, tijdens welke kapitein Nemo hen met trots zijn bibliotheek en museum toont. Hij besluit om een wereldreis onder water te maken en neemt zijn gasten mee op een verbazingwekkende ontdekkingsreis.

Tezamen met kapitein Nemo verkennen Aronnax, Conseil en Ned wonderlijke plekken zoals de mythische Atlantische stad Atlantis, ze navigeren door een natuurlijk tunnel onder het Suez-kanaal, en meten de enormiteit van de Stille Oceaan. Ze strijden tegen kannibalen en reuzenoctopussen, ontdekken de wonderen van de Zuidpool en jagen in onderwaterbossen. Tijdens hun avonturen blijft de achterdocht ten aanzien van kapitein Nemo bestaan, vooral wanneer hij, zonder enige aarzeling, een onbekend oorlogsschip tot zinken brengt.

Uiteindelijk komen ze ontdekt te hebben dat Nemo's haat tegen de mensheid voortkomt uit zijn wonden als de afgezet prince van India door de Britten. De sfeer aan boord verandert naar een gevoel van verdriet en terreur. Ned, Aronnax en Conseil slagen erin te ontsnappen op een schuit, en na een tumultueuze reis bereiken ze de Lofoten-eilanden, vanwaar ze terugkeren naar Frankrijk. De toekomst van de Nautilus, het schip dat hen zo diep in de oceanen heeft geleid, blijft echter een mysterie.