Verbinden

Dit boek biedt een diepgaande verkenning van de algemene kenmerken van verbindingen in staalconstructies, met bijzondere aandacht voor het berekenen van mechanische verbindingsmiddelen en lassen volgens de NEN-EN 1993 (Eurocode 3). Het is een waardevolle bron voor studenten, constructeurs en toezichthoudende instanties die werken in de staalbouw.

Inhoud en structuur

Hoofdstuk 1 behandelt de essentiële rol van verbindingen in staalconstructies. Hier worden de verschillende onderdelen van verbindingen benoemd en worden belangrijke aspecten van ontwerp en detaillering besproken. Tevens wordt aandacht besteed aan de rol van computers bij het ontwerpen en berekenen van staalconstructies, wat het ontwerp- en rekenproces aanzienlijk vergemakkelijkt.

In Hoofdstuk 2 ligt de focus op het meest toegepaste mechanische verbindingsmiddel in de staalbouw: de bouten in gaten met speling. Dit hoofdstuk behandelt de verschillende types gaten (normale, overmaatse en sleufgaten) en de specifieke kenmerken van bouten. Daarnaast worden de rekenregels voor het toetsen van verbindingen met deze bouten uitvoerig behandeld.

Hoofdstuk 3 gaat dieper in op situaties waar bouten in gaten met speling niet zijn toegestaan of niet wenselijk zijn. Dit omvat de toepassing van voorspanbouten, pasbouten, injectiebouten en pennen. Ook worden de rekenregels voor klinknagels kort besproken, waardoor dit hoofdstuk een breed scala aan mogelijkheden biedt voor verschillende verbindingsscenario’s.

Hoofdstuk 4 biedt een overzicht van de belangrijkste lasprocessen die in de staalbouw worden gebruikt, inclusief de meest gangbare lasnaadvormen. Er wordt ingegaan op de lasprocedures om sterke lasverbindingen te creëren en op de methoden voor het opsporen en beoordelen van lasfouten. Bovendien worden de principes behandeld voor het berekenen van hoeklassen en stompe lassen.

In Hoofdstuk 5 wordt de berekening van complete verbindingen behandeld, die vaak voorkomen in staalconstructies van gebouwen. Dit hoofdstuk legt uit hoe verschillende elementen, waaronder kopplaten, schotten en hoekprofielen, samen met verbindingsmiddelen de krachten in de aangesloten staven kunnen overdragen. Het is cruciaal om te begrijpen hoe de krachten op de afzonderlijke onderdelen zijn af te leiden uit de uitwendige krachten op de verbinding.

Auteur

De auteur, prof.ir. J.W.B. Stark, is emeritus hoogleraar aan de TU Delft en TU Eindhoven en heeft uitgebreide ervaring als docent op het gebied van staalconstructies. Zijn praktijkgerichte aanpak en de vele rekenvoorbeelden maken dit boek niet alleen geschikt voor onderwijsdoeleinden maar ook als nuttig rekengereedschap voor constructeurs in de praktijk.